vrijdag 10 december 2010

Excursie Microsoft (4)

15.15 uur: tijd voor de opdracht! Na het verhaal van Eduard een korte pauze en nu zelf aan de slag. We moeten zelf met een ontwerp komen, waarbij we laten zien dat we alles wat we vandaag hebben gezien combineren met wat we al weten uit eigen ervaring en uit de opleiding. In groepjes van 4 moet een onderwijsidee bedacht worden waarbij technologie gebruikt wordt. Er wordt expliciet aangegeven dat we eerst out of the box moeten denken (brainstormen). Daaruit moet er een idee gekozen worden die verder uitgewerkt wordt en die daarna gepresenteerd moet worden aan de rest van de groep EN aan een expert op afstand, in dit geval Erik Bolhuis van Windesheim. Erik zal meeluisteren naar de presentatie en reflecteren op de ideeen.

...
15.30 uur: aan de slag! De groepjes zijn aan het discussieren over digiborden, augmented reality, leerlingen, buiten rondlopen, games, hamburgers (???) ..
...

16.15 uur: de presentaties! Alle groepjes hebben presentaties gemaakt en Erik Bolhuis komt live op het scherm.

De eerste presentatie gaat over "van koe tot burger" (ah! de hamburger!). Het idee is dat leerlingen op zoek gaan naar de herkomst van de producten die in een hamburger zitten. Leerlingen moeten gaan zoeken op internet, in een atlas en krijgen een 3d weergave van een koe en zijn op die manier bezig met aardrijkskunde, NLT en economie. Erik vindt het geweldig en ziet het al helemaal voor zich. Erik vraagt zich wel af of de leerlingen met zo'n open opdracht om kunnen gaan en of ze de waarde van de gevonden informatie kunnen beoordelen. Volgens het groepje speelt de docent daar een rol in en wordt het geheel ook vormgegeven in een soort webquest.

De tweede presentatie gaat over "de virtuele leeromgeving". Het idee is een beetje afgekeken van de Sims of Habbo hotel. Er zijn een aantal ruimtes en leerlingen maken een eigen karakter aan. Het groepje heeft bedacht dat er in elke ruimte een andere opdracht is om uit te voeren, waarbij de opdrachten projectopdrachten zijn en vakoverstijgend zijn. Bevindingen kunnen met elkaar gedeeld worden en op die manier kunnen de leerlingen elkaar coachen. Leerkrachten maken de odprachten en zijn daarna coach van de leerling. Leerlingen kunnen binnen de omgeving ook nog zelf keuzes maken voor specifieke ict-toepassingen, zoals OneNote. Ook dit idee vindt Erik interessant, met name omdat leerlingen met elkaar kunnen samenwerken en op die manier de klassenstructuur te onderbreken. Leerlingen kunnen dan op hun eigen tempo de opdrachten voltooien.

De derde presentatie gaat over "augmented reality". De eerstejaars studenten zijn bezig met een project voor het vak Atelier 1, waarbij zij een website maken over duurzaamheid. Deze presentatie bouwt hierop verder. Op het gebied van economie, ecologie/biologie en natuurkunde gaan leerlingen aan de slag. Met de combinatie van een 3d weergave van een bouwval en augmented reality kunnen er virtuele lagen toegevoegd worden en kunnen de leerlingen aangeven hoe je van het bouwval een duurzaam gebouw kan maken. Erik vindt het interessant, maar vraagt zich af waarom je niet met een animatie aan de slag gaat. Volgens het groepje is het van belang dat je zo dicht mogelijk bij de realiteit blijft en door de leerlingen zelf de 3d weergave te laten maken van het bouwval creeeren ze hun eigen omgeving.

De vierde presentatie gaat over de verantwoordelijkheid van de leerlingen met het idee van leerling-gecentreerd onderwijs in gedachte. Het groepje heeft dit gekoppeld aan duurzaamheid, iets wat leeft bij veel leerlingen. De docent legt een stukje theorie uit (mbv digibord), waarna de leerlingen zelf aan de slag gaan om meer informatie gaat zoeken (internet, YouTube, etc.) en maken een presentatie over het onderwerp. Erik geeft aan dat je leerlingen inderdaad goed kan laten zoeken en doordat ze het presenteren ze ook direct hun eigen leerresultaat ziet.

De vijfde presentatie gaat over "volgsysteem 2.0". Dit idee gaat over het spelen van spelletjes door leerlingen waardoor ze ontdekken wat zij leuke beroepen vinden. Door middel van de interesses van de leerlingen kan de docent aangeven welke richting de leerling op zou kunnen. Dit gebeurt via de Surface Table. Zowel de docent als de leerlingen hebben een kaartje met chip en kunnen zo inloggen en gegevens toevoegen aan een leerling. Je zou er daarnaast ook voor kunnen kiezen om bepaalde gegevens ook beschikbaar te maken voor de ouders. Erik zegt dat je zo inderdaad goed kan inspelen op de behoefte van de leerlingen en vraagt waar je dit kan inzetten. Het groepje geeft aan dat het bijvoorbeeld een rol kan spelen bij studiekeuze op het VO. Goed idee!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten