vrijdag 10 december 2010

Excursie Microsoft (5)

Het zit er op.. de presentaties zijn geweest, de expert heeft er positief op gereageerd en wij zijn moe.. Moe van de lange dag, maar ook omdat we vandaag erg veel gezien en gehoord hebben. Zoveel dat we misschien wel wat meer tijd nodig hebben om alles te laten bezinken en om verder na te denken over wat we hier allemaal mee zouden willen doen. Gelukkig zijn alle deelnemers lid geworden van het Innovative Teachers Network en daar kunnen we alle informatie nog eens teruglezen. Microsoft, Henk Lamers, Hans Pronk, hartelijk dank dat we een dagje mochten komen kijken!

Excursie Microsoft (4)

15.15 uur: tijd voor de opdracht! Na het verhaal van Eduard een korte pauze en nu zelf aan de slag. We moeten zelf met een ontwerp komen, waarbij we laten zien dat we alles wat we vandaag hebben gezien combineren met wat we al weten uit eigen ervaring en uit de opleiding. In groepjes van 4 moet een onderwijsidee bedacht worden waarbij technologie gebruikt wordt. Er wordt expliciet aangegeven dat we eerst out of the box moeten denken (brainstormen). Daaruit moet er een idee gekozen worden die verder uitgewerkt wordt en die daarna gepresenteerd moet worden aan de rest van de groep EN aan een expert op afstand, in dit geval Erik Bolhuis van Windesheim. Erik zal meeluisteren naar de presentatie en reflecteren op de ideeen.

...
15.30 uur: aan de slag! De groepjes zijn aan het discussieren over digiborden, augmented reality, leerlingen, buiten rondlopen, games, hamburgers (???) ..
...

16.15 uur: de presentaties! Alle groepjes hebben presentaties gemaakt en Erik Bolhuis komt live op het scherm.

De eerste presentatie gaat over "van koe tot burger" (ah! de hamburger!). Het idee is dat leerlingen op zoek gaan naar de herkomst van de producten die in een hamburger zitten. Leerlingen moeten gaan zoeken op internet, in een atlas en krijgen een 3d weergave van een koe en zijn op die manier bezig met aardrijkskunde, NLT en economie. Erik vindt het geweldig en ziet het al helemaal voor zich. Erik vraagt zich wel af of de leerlingen met zo'n open opdracht om kunnen gaan en of ze de waarde van de gevonden informatie kunnen beoordelen. Volgens het groepje speelt de docent daar een rol in en wordt het geheel ook vormgegeven in een soort webquest.

De tweede presentatie gaat over "de virtuele leeromgeving". Het idee is een beetje afgekeken van de Sims of Habbo hotel. Er zijn een aantal ruimtes en leerlingen maken een eigen karakter aan. Het groepje heeft bedacht dat er in elke ruimte een andere opdracht is om uit te voeren, waarbij de opdrachten projectopdrachten zijn en vakoverstijgend zijn. Bevindingen kunnen met elkaar gedeeld worden en op die manier kunnen de leerlingen elkaar coachen. Leerkrachten maken de odprachten en zijn daarna coach van de leerling. Leerlingen kunnen binnen de omgeving ook nog zelf keuzes maken voor specifieke ict-toepassingen, zoals OneNote. Ook dit idee vindt Erik interessant, met name omdat leerlingen met elkaar kunnen samenwerken en op die manier de klassenstructuur te onderbreken. Leerlingen kunnen dan op hun eigen tempo de opdrachten voltooien.

De derde presentatie gaat over "augmented reality". De eerstejaars studenten zijn bezig met een project voor het vak Atelier 1, waarbij zij een website maken over duurzaamheid. Deze presentatie bouwt hierop verder. Op het gebied van economie, ecologie/biologie en natuurkunde gaan leerlingen aan de slag. Met de combinatie van een 3d weergave van een bouwval en augmented reality kunnen er virtuele lagen toegevoegd worden en kunnen de leerlingen aangeven hoe je van het bouwval een duurzaam gebouw kan maken. Erik vindt het interessant, maar vraagt zich af waarom je niet met een animatie aan de slag gaat. Volgens het groepje is het van belang dat je zo dicht mogelijk bij de realiteit blijft en door de leerlingen zelf de 3d weergave te laten maken van het bouwval creeeren ze hun eigen omgeving.

De vierde presentatie gaat over de verantwoordelijkheid van de leerlingen met het idee van leerling-gecentreerd onderwijs in gedachte. Het groepje heeft dit gekoppeld aan duurzaamheid, iets wat leeft bij veel leerlingen. De docent legt een stukje theorie uit (mbv digibord), waarna de leerlingen zelf aan de slag gaan om meer informatie gaat zoeken (internet, YouTube, etc.) en maken een presentatie over het onderwerp. Erik geeft aan dat je leerlingen inderdaad goed kan laten zoeken en doordat ze het presenteren ze ook direct hun eigen leerresultaat ziet.

De vijfde presentatie gaat over "volgsysteem 2.0". Dit idee gaat over het spelen van spelletjes door leerlingen waardoor ze ontdekken wat zij leuke beroepen vinden. Door middel van de interesses van de leerlingen kan de docent aangeven welke richting de leerling op zou kunnen. Dit gebeurt via de Surface Table. Zowel de docent als de leerlingen hebben een kaartje met chip en kunnen zo inloggen en gegevens toevoegen aan een leerling. Je zou er daarnaast ook voor kunnen kiezen om bepaalde gegevens ook beschikbaar te maken voor de ouders. Erik zegt dat je zo inderdaad goed kan inspelen op de behoefte van de leerlingen en vraagt waar je dit kan inzetten. Het groepje geeft aan dat het bijvoorbeeld een rol kan spelen bij studiekeuze op het VO. Goed idee!

Excursie Microsoft (3)

Na de lunchpauze geeft Eduard Beck (Microsoft) een presentatie. Voor een groot deel gaat zijn verhaal (volgens mij) over het nieuwe leren, over informeel leren, over vraaggestuurd leren. En dat koppelt hij aan verschillende Microsoft toepassingen. Eduard presenteert vol overgave en heeft interessante ideeen over de manier waarop het onderwijs ingericht zou moeten worden.

Toch zijn er een aantal momenten waarop de studenten naar mij kijken en moeten lachen.. waarom? Eduard zegt dat we het niet moeten hebben over serious gaming, maar dat we games serious moeten nemen. En dat terwijl ik grote fan ben van serious game Taaltreffers natuurlijk.. Binnenkort verschijnt Taaltreffers 2, een online serious game om de woordenschat van leerlingen in de bovenbouw van het basisonderwijs te vergroten. En Taaltreffers werkt.. ik geloof in serious games (vandaar het gelach). En dan zegt Eduard dat ie een Bling-mens is en geen Google-mens. En ik zit op dit moment te bloggen met blogger.. ingelogd met m'n gmail-account.. Google dus.. en dat weten de studenten (vandaar dus weer het gelach).

En dan zegt Eduard dat we meer moeten doen met mobiele telefoons in het onderwijs. Weer wordt er naar mij en m'n mobiel gekeken. Geen gelach deze keer. Want, is de vraag, hebben kinderen wel mobiele telefoons waar je wat mee kan doen in het onderwijs? Hebben ze wel smart phones? Volgens Eduard wel. Zou mooi zijn, maar ik weet in ieder geval van mijn eerste (en oudere?) jaars studenten lang niet allemaal de beschikking hebben over zo'n apparaat. Lopen zij al achter bij leerlingen in het basis- of voortgezet onderwijs? Zou kunnen, maar ik betwijfel het.

Het lijkt misschien alsof ik het niet eens ben met het verhaal van Eduard, maar de kern van zijn verhaal is dat we meer leerling/student-gestuurd bezig moeten zijn en dat we de juiste technologie moeten kiezen om dat te ondersteunen. En daar kan ik het natuurlijk alleen maar mee eens zijn!

Excursie Microsoft (2)

Tijdens het tweede deel van onze excursie bij Microsoft kregen we een rondleiding langs allerlei technologische snufjes. Ik zal hier niet alles beschrijven, maar op hoofdlijnen zagen we toepassingen die gebruikt kunnen worden in het kader van onderwijs, gezondheidszorg, of een combinatie van die twee. En natuurlijk de "leuke dingetjes" die je ook thuis zou kunnen doen (en misschien was dat stiekem ook wel onderwijs..).

Het eerste waar we zelf mee mochten spelen was de Surface Table. Te gebruiken voor spelletjes, foto's kijken en andere toepassingen die ons wel bekend zijn. Ondanks die bekendheid was het leuk om er nou eindelijk zelf eens aan te mogen zitten. We speelden een simpel spelletje en de hele groep kon meedoen. De boodschap was duidelijk: samenwerken wordt makkelijk en intuitief gemaakt. Uitleg was niet nodig. En samenwerking was ook nodig, want hoe sneller het puzzeltje was opgelost, hoe meer punten er te verdienen waren.

Een stukje verderop zagen we allerlei hard- en software die het mogelijk maakt voor mensen met een handicap om "gewoon" de computer te gebruiken.
Een toetsenbord voor 1 hand, een muis voor mensen met Parkinson en software die jouw gezicht herkend waarna je het beeldscherm kan bedienen met je ogen. Zulke concrete dingen die je vast kunt pakken spreken direct tot de verbeelding, je kunt er ook meteen een toepassing voor bedenken.

Daarna zagen we nog voorbeelden van computergebruik in de klas, waaronder tafels waar je een computerscherm uit kon halen die allemaal verbonden waren met 1 computer, maar waar je wel allemaal apart op kon inloggen, een mobiel computerlokaal (rijdende kast met 1 laptop en beamer er bovenop en 20 laptops er in die je aan leerlingen kan uitdelen) en natuurlijk het digibord. Tot slot mocht er gespeeld worden met de Kinect. Een soort van Wii maar dan zonder controllers, je gaat er voor staan, beweegt en op het scherm gebeurt er van alles.

Ik ben misschien wat kort over alles wat we gezien hebben. Niet omdat het niet interessant was, maar zelf vond ik het niet echt super vernieuwend. Wel leuk en zeker interessant en nog leuker dat je er zelf eens aan mag zitten met je vingers. Maar nieuw? En daar vergiste ik me een beetje. Voor mij was het misschien niet vernieuwend, een aantal studenten ging tijdens de lunch die volgde in discussie over wat ze hadden gezien, gaven aan dat ze een heel aantal dingen nog nooit gezien hadden en bedachten spontaan manieren hoe je dit in het onderwijs zou kunnen inzetten. Mooi! Dat is natuurlijk het doel van deze excursie.

Vanmiddag krijgen we ook de opdracht om na te denken over mogelijke toepassingen in het onderwijs. Ik ben heel benieuwd waar de studenten mee gaan komen en kijk daar nu al naar uit!



Excursie Microsoft

Vandaag ben ik met 18 studenten van de opleiding Onderwijskunde en met mijn collega Marco Zocca van SLO te gast bij Microsoft in Brussel. We krijgen hier een Masterclass met de titel "your seat at the table". Vandaag gaan we de allernieuwste technologische snufjes zien en... zelf mee spelen. We vertrokken vanmorgen om 5 uur (...) uit Enschede en werden om kwart voor 10 (...) heerlijk ontvangen met koffie, thee en verse croissantjes.
En terwijl we wachten tot iedereen er is kunnen we al wat spelen met een Surface Table! Als iedereen er is is het tijd om nieuwe technologieen te bekijken. De groep is opgesplitst. Een deel gaat rondkijken en "spelen" en het andere deel waar ik nu bij zit krijgt een presentatie van Hans Pronk (Inholland) en Henk Lamers (Microsoft) over o.a. visueel manipuleren. Uiteraard zien we een aantal Microsoft toepassingen, zoals AutoCollage, Photosynth en WorldWide Telescope. Een mooi begin van de ochtend!

woensdag 24 november 2010

TPACK-NL, een nieuwe weblog

Na lang aarzelen heb ik er toch voor gekozen.. een nieuwe weblog, volledig gericht op TPACK. Waarom? Omdat deze weblog gaat/zou moeten gaan over Onderwijsinnovatie en implementatie. En het gaat de laatste tijd vaak over TPACK, maar niet altijd. En daarbij wil ik op deze blog ook af en toe wat meer persoonlijke dingen plaatsen of dingen die helemaal niet of niet helemaal over ict in het onderwijs gaan. En misschien zal het me niet altijd even goed lukken, maar ik ga proberen om op de 2 verschillende blogs verschillende berichten te plaatsen.

Dus.. als je meer wilt weten over de TPACK workshop die ik vanmorgen samen met Erik Bolhuis van Windesheim verzorgde op de I&I Conferentie, neem dan een kijkje op http://tpacknl.blogspot.com/. Op deze nieuwe blog staan ook alle eerder berichten die ik schreef over TPACK. Voor alle andere berichten hoop ik jullie hier te blijven ontmoeten. De vraag die wel bij me opkomt is waar ik ga bloggen over mijn reis naar Michigan volgend jaar maart/april.. Ik zal daar vast veel persoonlijke ervaringen opdoen, maar ben te gast bij de vakgroep van Punya Mishra en Matt Koehler en zoals je zal begrijpen zal ik me daar voornamelijk met TPACK bezig houden!!

dinsdag 16 november 2010

TPACK-NL, the game & het sjabloon

Op basis van de reacties op en vragen over mijn vorige bericht over "TPACK-NL, the game" en vergelijkbare vragen die Wilfred Rubens op zijn blog stelt heb ik een sjabloon gemaakt van het spel, zodat je het spel kan aanpassen naar je eigen situatie. Het sjabloon is weer te vinden op onze TPACK-NL website.

Wil je bijvoorbeeld inzoomen op een bepaalde groep ict-toepassingen, dan kunnen de Technology kaarten aangepast worden. Wil je het spel gebruiken bij een discussie over een bepaald vak(gebied), dan kunnen de Content kaarten aangepast worden waarbij bijvoorbeeld deelgebieden of kerndoelen op de kaartjes gezet worden. De Pedagogy kaarten kunnen aangepast worden aan de hand van de meest gebruikte didactische werkvormen binnen de school/instelling.

Deze flexibiliteit is overigens een sterk en belangrijk punt binnen TPACK. Je moet ict-gebruik kunnen aanpassen aan een specifieke context (instelling, klas, doelgroep EN docent), vandaar ook de blauwe cirkel die altijd om het model staat. Maar deze flexibiliteit is ook een moeilijk punt als je TPACK aan het ontwikkelen bent. Het vraagt nogal wat van docenten.. zij moeten niet alleen kunnen schakelen tussen verschillende didactische aanpakken die passen bij de inhoud van het vak en bij hun doelgroep, maar nu moeten ze ook nog eens "even" kunnen schakelen tussen verschillende ict-toepassingen (of de keuze maken om geen ict te gebruiken) als de situatie daartoe leidt. Flexibiliteit is een mooi iets, maar het vinden van een balans.. (zie ook mijn eerdere bericht hierover).

Wil je overigens het TPACK-spel "op z'n TPACKs" spelen, kijk dan eens op de website van Matt Koehler..

zondag 14 november 2010

TPACK-NL, the game

De afgelopen maanden hebben mijn collega Joke Voogt en ik een aantal workshops en colleges verzorgt over TPACK. Naast een algemene introductie over het TPACK model houden we de worskhops/colleges graag zo interactief mogelijk. Daarbij maken we onder andere gebruik van een vertaalde versie van "The TPACK Game", namelijk TPACK-NL, the game. Het idee achter het spelletje is niet zo moeilijk, maar levert leuke/interessante voorbeelden en discussies op rondom de integratie van ict in het onderwijs.

Via onze TPACK-NL website kun je het spel downloaden en zelf spelen. Ter voorbereiding moet je een aantal kaartjes uitprinten en -knippen en deze in 3 verschillende doosjes of zakjes doen. Het idee is dat je individueel of in groepjes uit elk van de 3 doosjes een kaartje trekt en dan op basis van deze 3 kaartjes een realistisch voorbeeld bedenkt van een activiteit die je in een les zou kunnen uitvoeren. Als alternatief kun je ook 2 kaarten uit de doosjes trekken. Op basis van die 2 kaartjes moet een 3e van het missende doosje erbij bedacht worden. Trek je bijvoorbeeld uit de doosjes/zakjes “Pedagogy” en “Content” een kaartje, dan moet je een “Technology” bedenken die past bij de didactische aanpak en het inhoudsdomein en daarna nadenken over een realistisch voorbeeld van een activiteit die je in een les zou kunnen uitvoeren.

Mocht je het spel downloaden en gaan gebruiken dan hoor ik graag wat de ervaringen zijn!

woensdag 3 november 2010

Goed onderwijs met of zonder ict

Larry Cuban blogte vorige week over technologie in het onderwijs. De titel van zijn bericht is High Performing Teachers with Low-Tech Classrooms. Hij verwijst daarbij naar het artikel Brilliance in a box van Amanda Ripley in Slate Magazine. Daarin schrijft Amanda "Classrooms in countries with the highest-performing students contain very little tech wizardry, generally speaking. They look, in fact, a lot like American ones—circa 1989 or 1959. Children sit at rows of desks, staring up at a teacher who stands in front of a well-worn chalkboard."

Op basis van het beschreven onderzoek wordt door beide auteurs geconcludeerd dat zowel low-tech en high-tech toepassingen ingezet kunnen worden om het leerproces van de leerling/student te ondersteunen, maar dat de keuze voor een bepaalde technologie af moet hangen van de doelen van de les, de kennis over het onderwerp, de manier waarop je les wilt geven en last but not least de wil om de technologie te gebruiken. Larry Cuban eindigt zijn bericht met "So I end by repeating what has become a cliche but needs to be said again and again: Good teaching is not about access to and use of high-tech machines, it is about teacher knowing their subjects, establishing rapport with students, and prodding and supporting them to learn.".

En ja, dit moet elke keer opnieuw gezegd worden. En het lijkt misschien een cliche, maar dat is het niet. Wel denk ik dat "good teaching" een combinatie is van kennis over je vak, kennis over je doelgroep, kennis over hoe je je vak moet overbrengen aan je doelgroep en kennis over hoe je dat allemaal zo goed mogelijk kan ondersteunen met behulp van technologie (TPACK dus!). En de ene keer zal dat "gewoon" een boek of een powerpoint presentatie zijn en een andere keer een digibord, smartphone, simulatie, game of iets anders nog geavanceerder zijn!

maandag 1 november 2010

Creativiteit?

Sinds ik samen met studenten bezig ben met het TPACK model ben ik er steeds meer van overtuigd dat het niet alleen gaat om ict in het onderwijs, maar creatief gebruik van ict in het onderwijs. het "standaard" gebruiken van ict is zeker nuttig en ondersteunend, maar zouden we niet moeten zoeken naar andere manieren van presenteren en visualiseren om er voor te zorgen dat je een goede leeromgeving voor studenten biedt?
Vanmorgen kwam ik via de blog van "Is het nu generatie X, Y of Einstein?" op onderstaand filmpje. Niet inhoudelijk (en helaas niet zo'n beste geluidskwaliteit), maar wel creatief presenteren!

vrijdag 22 oktober 2010

Integrating technology: "just try it"!

An article which I have read a couple of weeks ago (and also showed to my students) keeps popping up in my mind.. it's the article of Mary Burns about "The 5J approach". As many articles that have been published recently the topic is difficulties that teachers face when integrating technology into classroom learning. The author of this article indicates that one cause of this difficulty seems to be the types of technology-related professional development teachers receive (still too focused on learning how to use the software instead of integrating it into someone's own teaching and learning process). And this is not a new message. We know that teachers are using technology, but this use is often related to administration, preparation of documents or displaying a presentation. Using technology as a learning tool for students is a different and more difficult thing. And we still have not figured out why this is the way it is.

In the mean time many researchers (including me and my colleagues) are trying to find out a) why teachers still have difficulties with integrating technology and b) if (if!) we find the answer to this: how can we really help them to integrate the technology in such a way that both teachers and students can benefit from it.

At the moment we are trying to find out if the TPACK framework can be of assistance in this and it looks promising. But it might be interesting to see if we can use the 5J's too. The 5J's stands for technology professional development which is:
  • job-related, focused on the core competencies of the classroom, not technology
  • just enough, emphasizing increased comfort, not proficiency, with computers and management of limited technology resources
  • just in time, meaning teacher are provided with skills as and when needed
  • just in case teachers need to plan for contingencies
  • accompanied by a "just try it" attitude, wherein instructors apply both pressure and support to compel teachers to use what they've learned.
The first time I saw this list I was triggered by the fifth J: Just try it. And if you look at what the author is writing, she is saying that this J might be the most important of all J's. She states that "central to change is action, and this is where professional development often breaks down. [...] Without application in the classroom, professional development is a waste of time, money, and effort." It is argued in the article that "Only when these five 'J's come together in a systematic way might the story of technology-based trainings have a different ending."
Figure 1: Proposed visual of the 5J model

I tried to put this in a figure (I like visual representations..) that is similar to the TPACK circles. Following the arguements in the article of Mary Burns we should pay attention to all 5 J's in order to have a succesfull technology-based training.

But I propose an alternative.. My suggestion is to support teachers by paying attention to job-related, just enough, just in time and just in case in combination with a little bit more attention to linking this with pedagogy and content (and thereby emphasising the job-related component?) and placing the "just try it" in the middle of the figure like this:
Figure 2: Alternative visual of the 5J model

It is my hope that by paying sufficient (and what is sufficient?..) attention to the other 4 Js, the teacher should be encouraged enough to try things out in his or her classroom.

And yes.. I am also "just trying".. I realise that the overlapping circles are not really the right way to visualise it, because what would be the overlap between job-related and just enough and between all the other components?

But if you have any ideas about the 5 J's, please let me know!

Talking about innovation... the Beatles! (2)

Some of my friens and colleagues asked me about this Dutch Beatles-Stones thing of Jan Rot..


or this one..

donderdag 21 oktober 2010

Talking about innovation... the Beatles!

A few weeks ago I went to the theatre with a friend of mine. It was a (Dutch) show of Jan Rot, together with Marjolein Meijers and Jan van der Meij, and they played songs from the Beatles and the Stones. In between the audience had to vote whether they liked the Beatles or the Stones and which group was the most innovative. My friend voted Stones, I voted Beatles... And now I am in Liverpool for the ISSOTL conference and across the convention centre there is "The Beatles Story". In between session I took a quick look. Didn't have the time to go into the museum, but picked up some of the atmosphere... So this is especially for Karen :-)

ISSOTL2010: Technology-Supported Reflection in Kuwait

This morning I presented Abdullah Almodaires' work that he carried out during his PhD study. Abdullah's study was about Technology-Supported Reflection in Kuwait. He implemented a new way of supporting field training activities for prospective primary school teachers. A big challenge.. not only did he propose to use a new pedagogical approach, he also introduced new technology to support this. In order to reduce the gap between what students theoretically learn at the university and what they have to do in the schools when they are teaching he did an experiment in which he introduced the reflective practice approach and supported this with an online video-based learning environment. If you are interested in this you can read his dissertation and/or look at the presentation of this morning:

ISSOTL2010: keynote on transcultural education

At the moment I am at the ISSOTL (International Society for the Scholarship of Teaching & Learning) conference, where I will present the results of Abdullah Almodaires' PhD study on Technology-Supported Reflection in Kuwait. I will tell more about this in a next post.

The interesting part of this conference is that it is not "just about teaching and learning" (which is in itself interesting enough), but special attention is payed to cultural diversity. Several presentations are about learning in different cultures and learning across cultures. At this moment Jude Carroll of Oxford Brookes University is doing her keynote presentation about "Learning across cultures: opening our minds as well as our doors". She works on the Teaching International Students project (2009-2011). She states that
- there are differences in academic cultures and in learning approaches
- we need to learn from flows of people and ideas across cultural academic traditions
and she wants to do that with a "transcultural" approach in contrast to a cross-cultural approach.

Before she moves on with her presentation she stops... and asks us if we already know what she wants to tell us, what the structure of her presentation will be..
We think we do, but Jude explains that it really depends on the "lens" that you have, it depends on your academic culture. It would be interesting to "reverse the lens" and see that, even though you would use the same words, there will be different meanings and practices. But it is very difficult to reverse the lens. Everyone is used to his or her own culture. But one of the reasons to try to do this is because different views are quickly translated as "binary" or "opposite". And when you are working with people from other cultures it might be a good idea to avoid this. And.. as Jude says... we should avoid the idea that "west is best"..

I think this is very interesting in relation to our own master program. We have Dutch students, but also students from Africa and Asia. And yes, there are differences between these students. They are used to other forms of education, other forms of communication, etc. And we are labelling the students from other countries as "international students", which really makes them different. But everyone is international! But we are making a difference and we are labelling students.

Can we do something about it? One of the solutions that Jude mentions is that we as a teacher have to make the learning practice more explicit: explain the rules of the game and assisting the international students to become skillfull "players" of the academic game of the other country. We have to work with students "as a source of mutual adaptation". And that is were the term "transcultural" comes from. How do we do this?
- recognizing and valuing other academic and cultural practices
- see students as bearers of culture, not bearers of problems
- keep the dialogue open
I would be very interested in hearing from our "international students" if we are already doing this, or that we have to pay more attention to it!

maandag 18 oktober 2010

TPACK according to... my students!

During the last couple of days my students from the Master program Curriculum Instruction and Media Applications (CIMA) have been writing about TPACK. And... they surprised me (positively)! I already noticed in their previous posts on their blogs that they are taking blogging very seriously and that they don't "just say something", but they are really reflecting ont he topics that we discuss during the lectures. They are not only repeating theory, they are also adding own information, experiences, links to other websites and some of them make their own pictures to support their ideas with visuals. This is also true about their ideas on TPACK. Most of them like the TPACK model and the ideas behind it, but they also recognize that TPACK is not something that a teacher automatically incorporates in his or her regular teaching activities. I can really recommend reading the blogs! You can find them on the right side of this blog.. Enjoy!

donderdag 14 oktober 2010

Animatie als ondertiteling

Via de weblogs van Wilfred Rubens en Ewan McIntosh vond ik weer een nieuwe animatie van RSA Animate. Ik ben al langer "fan" van deze animaties en ook deze is weer mooi. De animaties zijn eigenlijk een "ondertiteling" van een verhaal van iemand. Deze keer is het een ondertiteling van een presentatie van Sir Ken Robinson. Niet alleen de inhoud van deze animatie is interessant (o.a. waarom ziet onderwijs er uit zoals het er uit zit, gaan we wel op de juiste manier om met adhd, welke invloed heeft onderwijs op de creativiteit van kinderen), maar ook de vorm op zich is prachtig! Een geweldig voorbeeld van het gebruik van nieuwe media om een boodschap over te brengen!

dinsdag 12 oktober 2010

De zeven gewoonten voor kinderen

Een aantal jaar geleden volgde ik de cursus "de zeven eigenschappen van effectief leiderschap", gebaseerd op het boek dat Stephen Covey schreef over de manier waarop je een effectieve leider kan worden. Oorspronkelijk was dit boek bedoeld voor managers, maar het bleek dat de richtlijnen breder gebruikt kunnen worden voor iedereen die zijn of haar leven bewust wil vormgeven. Je start er mee dat je je bewust moet zijn dat je zelf bepaald wat er in je leven gebeurt. Daarna bepaal je wat je belangrijk vindt, hoe je dat wil bereiken, welke prioriteiten je stelt, hoe je met anderen kan samenwerken en hoe je blijft doorzetten en je plannen en relaties onderhoudt. Voor mij persoonlijk was deze cursus een eye-opener en een manier om vast te stellen wat ik wel (en niet) wilde bereiken.

Nu zag ik net het bericht dat de zeven eigenschappen ook een rol kunnen spelen in de ontwikkeling van kinderen. Op de website van obs Atlantis in Amersfoort is te lezen "Op Atlantis maken wij gebruik van de 7 gewoonten voor kinderen. Wij noemen ze de 7 parels. In elke groep wordt volgens deze gewoonten gewerkt en leren kinderen hoe zij effectief kunnen zijn, proactief kunnen communiceren en positief werken aan hun relaties met anderen."

Ja, waarom ook niet? De zeven eigenschappen voor actief leiderschap zijn door Stephen Covey vertaald naar zeven gewoonten voor kinderen (The leader in me) en in de VS is daar ervaring mee opgedaan. Obs Atlantis is nu de eerste school in Nederland die hier mee aan de slag gaat. Er is een (Amerikaanse) website beschikbaar met meer informatie over het boek, informatie voor ouders en leerkrachten, je kan webcasts volgen en je kan lid worden van een community via facebook.

Toch maar weer eens terugkijken naar wat ik destijds aan prioriteiten heb gesteld en of die ook behaald heb. Want dat is natuurlijk wel het nadeel aan cursussen.. je bent enthousiast, neemt je voor om ook echt op die manier te werk te gaan en er op die manier voor te zorgen dat "alles goed komt". Maar waar is dat prioriteitenlijstje gebleven? En hoe zou ik dat ook al weer gaan bereiken? Hopelijk hoeven de leerlingen van Atlantis zich dit niet af te vragen en is dit netjes in het onderwijs verweven zodat ze er automatisch mee bezig zijn en mee bezig blijven!

woensdag 6 oktober 2010

Pedagogy and technology

Last week my course was all about pedagogical approaches and this week it's all about technology. You can follow the ideas of my students on their own blogs (see the menu on the rigt side of this blog).

During the past week the students had to post something on different pedagogical approaches and about the way these approaches can be supported by a web-based learning environment. From traditional learning to problem-based and collaborative learning and inquiry and experiential learning, many approaches are mentioned and described. But... most of them from the viewing point of a student. But what about the teacher? Should he/she be able to choose a certain approach based on the topic, audience, assignment, etc., and do this for every teaching or learning activity? Maybe yes, but we know (and I as a teacher know) from practice that you usually choose something that you are familiar with.

Probably the same can be said about the technologies that teachers use. Most of us will use some kind of web-based learning environment such as Blackboard, Teletop or Moodle, just because it's there and the university requires us to use it. Generally speaking (with of course some wonderful exceptions!) within these learning environments nothing really exciting happens. We use announcements and course information and we provide students with a schedule and deadlines for assignments.

To show the students that it is possible to "think out of the box" I let them play with my GPS, Nintendo DS, a camera, and one group played an online game. They had to play a little bit with the technology and after that think about how this "toy" can be used in education and what this means for students and teachers. Most students agreed that students would be very happy to use the technology, but when thinking about the implications for the teachers most comments were related to logistics (the technology has to be there, you have to have time in your curriculum, you have to keep an eye on the students) and to the (low) knowledge, skills and attitude of the teacher. None of the comments were related to pedagogy and only a few were related to the content of a specific course.

This is not surprinsing by the way! First of all I did not ask them to think about the relation between technology, pedagogy and content. And second: for many of them the technology was regarded as a "new" technology for teaching. Getting used to a new technology takes time, getting used to using a new technology in education takes even more time. And... yes... that's where TPACK comes in. As of next week we will discuss the TPACK model in my course and we will discuss how teachers can develop Technological Pedagogical Content Knowledge and what we (as Educational Science and Technology people) can do to support the teachers in acquiring this knowlegde!

dinsdag 28 september 2010

TPACK populair

De publicatie die ik samen met Joke Voogt en Jo Tondeur schreef met de titel "Maak kennis met TPACK" in de onderzoeksreeks van Kennisnet is populair! Uiteraard is het document te downloaden via de website van Kennisnet, maar de papieren versie is zo goed als "uitverkocht". Op dit moment wordt er gewerkt aan een tweede druk.

Leuk nieuws natuurlijk! De vraag is natuurlijk waarom dit onderwerp zo populair is. Ik denk zelf dat dat komt omdat het TPACK model er op zich overzichtelijk uitziet met de drie domeinen (rondjes) die in elkaar schuiven en dat het niet zo moeilijk is om te begrijpen wat er bedoeld wordt.
Daarnaast gaat het model uit van de expertise van de docent, namelijk het verzorgen van onderwijs op zo'n manier dat de leerling of student er het beste en het meeste van kan leren. Het model en de achterliggende ideeen proberen de leraar te ondersteunen bij het maken van bewuste keuzes. Niet alleen daar waar het gaat om de keuze voor een specifieke ict-toepassing, maar ook op het gebied van (vak)didactiek in relatie tot ict. Hoe kan je ict gebruiken om een onderwerp inzichtelijk te maken? Hoe kun je ict gebruiken om leerlingen met elkaar te laten samenwerken? Het model zelf geeft overigens geen antwoord op deze vragen, maar het helpt bij het kritisch nadenken over keuzes die je als leraar kan maken. Naast het model zijn er verschillende manieren en werkvormen om na te denken over de keuzes die je kan maken rondom je onderwijs en die hebben we ondertussen toegepast in diverse workshops over TPACK. Het lijkt er op dat het model helpt bij het geven van een nieuwe impuls aan het nadenken over de integratie van ict in het onderwijs. De belangstelling is in ieder geval groot!

zaterdag 25 september 2010

Flexible learning (2)

Last week I posted a message about the course that I am teaching in relation to "Pedagogies for Flexible Learning supported by Technology". In the mean time most of my students have made their own blog and are writing a post to introduce themselves and a post in which they share some ideas about flexibility and learning. I think it's great that they are doing this. They have just started their studies with me, for most of them it's the first time that they are blogging and they are just doing it! With some very nice results (you can follow them too, see the list of blogs on the right side of this blog)!

The interesting thing is that flexibility as a topic raises many different discussions. Not only about all the different kinds of flexibility that are possible (time, place, pace, content, learning strategies/approaches, etc.), but also in relation to for whom flexible learning is beneficial. In general the idea is that students would benefit most of flexible learning, especially if you follow the statement that my former colleagues Betty Collis and Jef Moonen are making in their book "Flexible Learning in a digital world". They argue that flexible learning is a movement away from a situation in which key decisions about learning are made in advance by the instructor or institution, toward a situation where the learner has a range of options from which to choose with respect to their learning.

Following this statement the idea raises that while flexible learning might be very attractive for students, it is on the other hand very inconvenient for teachers and for the organisation. And of course this argument can be made, because if a teacher has to cope with all the individual choices of each student, teaching will be an even more complicated job than it already is. But on the other hand.. this should not lead to instructors who are (as a response to all the demands) avoiding all kinds of flexibility in their teaching. Applying some level of flexibility can be great: working in your own time, choosing from different pedagogical approaches if you think it is necessary, using different kinds of resources to assure up-to-date information about your course/topic and using different kinds of technology to have an optimal support of your teaching and your students' learning.

The question is of course how to find the right balance..

woensdag 22 september 2010

Flexible learning

Today my course "Pedagogies for Flexible Learning supported by Technology" started. The course is part of the mastertrack Curriculum Instruction and Media Applications (CIMA) from Educational Science and Technology (EST) at the University of Twente (UT). The course deals with the issues and opportunities of flexible learning, different pedagogical approaches and the possibilities to support this with different kind of technologies. In relation to this we will be discussing the TPACK framework and the relation of all this with teacher support and professional development of teachers.

Today the main topic of the course was Flexibility. The interesting thing is that this topic has been part of my course for several years now (since 2004). During the discussion about what flexibility is and what this means for educational programs there really is a shift in the way people think about flexibility. 5 to 10 years ago people would talk about flexibility options that were mostly related to time and place (and predominantly about distance education). Today's discussion was more about flexibility in relation to choices with regard to content, entry requirements and teaching approaches. On the one hand all these flexibility options seem very attractive for both teachers and students, but when you think about putting all this in practice... a big challenge!

One other topic that we discussed today was the use of a weblog for doing the assignments. Not many students have experience in using a weblog and some of them think it is a bit scary that everyone can read what you are writing. Understandable, but my experience is that once they start posting messages they also start liking this way of communicating. Not only with me, but especially with their fellow students. And (very important for me as a teacher) I really think that students learn more deeply from posting on a weblog, because they are not only submitting assignments, but they are also reflecting on what they write and what they have learned!

vrijdag 17 september 2010

Verantwoord computergebruik door kinderen...

Sinds januari van dit jaar zit mijn dochtertje op school. Ze gaat nu naar groep 2 en naast kleuren en buitenspelen is het een feest als ze van de juf op de computer mag. Totdat ze naar school ging mocht dat thuis eigenlijk niet. Waarom niet? Tja... Maar nu ontkomen we er niet meer aan. Want wat doe je als ouder als je kind zegt dat ze iets wilt leren? Verantwoorde opvoeders zullen dan misschien een boekje pakken of stiften. Maar vandaag pakte ik mijn computer. "Niet Nijntje hoor, dat is veel te kinderachtig" zegt ze nog (ze is 4..). Dus ik zoeken naar iets anders. Op de gok kom ik terecht op minipret. Niet helemaal verantwoord (hoewel..), maar wel leuk! Puzzelen, kleuren en rekenen met bekende figuren zoals Hello Kitty, Elmo, Winnie the Pooh, Bob de Bouwer en Barbie en dat allemaal op een simpele intuitieve manier. En... er is ook een Hello Kitty bejeweled! Misschien moet ik vanavond nog maar eens kijken naar deze en andere websites, want als er bejeweled tussen staat doe ik mee!

donderdag 16 september 2010

Onderzoek TPACK bij video-integratie in het basisonderwijs

Deze week verscheen het afstudeerartikel "LIVE. De potentie van videoberichten in de bovenbouw van het basisonderwijs en de TPACK van docenten" van Maaike Heitink (Onderwijskunde, Universiteit Twente) dat ik samen met mijn collega Susan McKenney begeleid heb. In het artikel wordt een onderzoek beschreven dat in 3 groepen 7 van het basisonderwijs is uitgevoerd rondom de implementatie van videoactiviteiten in het onderwijs.

Tijdens LIVE (Language Instruction through Video-making Experiences) maakten de leerlingen zelf een videobericht over een bepaald onderwerp. Op basis van dat onderwerp moeten zij informatie verzamelen, een verhaal bedenken, deze vertalen naar een videoscript om vervolgens op basis daarvan de video op te nemen en uiteindelijk te monteren. Tijdens het maken van het videoscript en het monteren van de video moesten de leerlingen beelden selecteren en ordenen om tot een kernachtig, goed lopend verhaal te komen. De leerlingen werkten op die manier aan zowel taal-en communicatievaardigheden als aan vakinhoudelijke kennis (want zonder die kennis kun je natuurlijk geen goede video maken).

Tijdens het onderzoek is nagegaan wat de leerlingen hiervan vonden (leuk) en of ze iets geleerd hadden (ja), maar de grootste nadruk lig op de ervaringen van de docenten en de vraag of zij gebruik maakten van Technological Pedagogical Content Knowledge (TPACK) en gerelateerde competenties om de videoactiviteiten op een effectieve manier in het onderwijs te implementeren.

Uit de resultaten van het onderzoek van Maaike blijkt dat de docenten enthousiast zijn over het niveau van de eindproducten en het enthousiasme van de leerlingen. Het toepassen van TPACK is echter niet voor alle docenten vanzelfsprekend. Verschillen tussen de docenten zitten vooral in het toepassen van Technological Pedagogical Knowledge (TPK), het op een didactische manier organiseren van het leerproces rondom video. Het ging hierbij met name om de moeilijkheid van het geven van gerichte feedback op bijvoorbeeld de videoscripts met betrekking tot cameragebruik (en op welke manier hiermee verschillende effecten bereikt kunnen worden) en om het aannemen van een coachende rol zodat het leerproces rondom het maken van video opgang komt en blijft.

Maaike geeft in haar artikel aan dat het opvallend is dat alle docenten aangeven dat ze de videoactiviteiten goed binnen het curriculum vinden passen. Tot nu toe concluderen de meeste studies over het implementeren van nieuw curriculummateriaal in het onderwijs namelijk dat docenten het tegenovergestelde vinden. Een mogelijke reden die Maaike hiervoor geeft is dat de docenten in dit onderzoek zelf mochten kiezen waaraan de videoactiviteiten gekoppeld werden, waardoor de docent zelf kon bepalen welke bestaande onderdelen van het lesprogramma vervangen konden worden door de videoactiviteiten.

Uit het onderzoek blijkt verder dat door het integreren van de videoactiviteiten in het onderwijs de TPACK van docenten gestegen is. Dit kan verklaard worden uit het feit dat de docenten actief bezig zijn geweest binnen dit project en omdat zij achteraf gevraagd werd om een eigen reflectie op het hele proces te geven.

Al met al een zeer interessant onderzoek waar we zeker mee verder gaan!

vrijdag 10 september 2010

Twente's got Talent!

Twente's got Talent: wetenschap, techniek en ict in het basisonderwijs

Eind vorig jaar ging het project Twente's got Talent van start op basis van de subsidieregeling Programma ICT diensteninnovatie van de Provincie Overijssel. Twente's got Talent beoogt "de regionale onderwijskennisinfrastructuur –van basis- tot en met wetenschappelijk onderwijs– te versterken door in te zetten op betere benutting van het al aanwezige kennispotentieel via de inzet van nieuwe ICT-diensten". Oftewel... samenwerken met ict om ict-integratie in het onderwijs verder voor elkaar te krijgen. Daarbij wordt binnen Twente's got Talent ingezet op het verbeteren van de aansluiting PO-VO en VO-HO op het gebied van onderwijs in de bètavakken.

Het projectvoorstel rondom de aansluiting VO-HO op het gebied van de vakken Wiskunde-D en Informatica was al gehonoreerd en per 1 september is het deelproject rondom de aansluiting PO-VO gestart. Binnen dit deelproject gaan we modules ontwikkelen met en door docentontwikkelteams op het gebied van wetenschap en techniek voor de bovenbouw van het basisonderwijs met materiaal dat onder andere geschikt is voor digiborden. Daarnaast wordt er in het project een “overgangscurriculum” wetenschap en techniek ontwikkeld in een samenwerkingsverband van po- en vo-scholen.

Het deelproject levert dus digitaal materiaal op dat in ieder geval geschikt is voor digiborden (maar wellicht breder) en een voorwaarde voor deelname is dat de school bereid is om het ontwikkelde materiaal weer te delen met andere scholen. Er zijn al een aantal scholen die meedoen, maar er is nog plek voor een aantal extra basisscholen, dus.... laat wat horen als je interesse hebt!

vrijdag 27 augustus 2010

Website: Zee in zicht!

Een paar jaar terug was ik op Texel en bezocht daar ook Ecomare. En als je daar die zeehondjes ziet.. dan adopteer je er een! En dan wordt je ook automatisch lid van de nieuwsbrief. Ik ontving net de laatste editie en daarin stond een link naar een hele mooie website die ik nog niet kende: zeeinzicht.nl. Deze site is gemaakt door medewerkers van Ecomare en bevat veel informatie over de Noordzee, de Waddenzee en de Schelde. Je ziet allerlei dieren (in de zee en in de lucht) en als je er met je muis overheen gaat hoor je het bijbehorende geluid, kan je korte informatie krijgen over het dier en kan je eventueel verder klikken naar uitgebreidere informatie. Mooi!

dinsdag 24 augustus 2010

Het Leren van de Toekomst...

Op de website van het SURFnet Kennisnet Innovatieprogramma vond ik vanavond de "digitale rapportage Het Leren van de Toekomst". Het rapport gaat in op een onderwijsexperiment op een basisschool in Eibergen: 3 weken lang kregen de leerlingen van de groepen 6, 7 en 8 les met behulp van allerlei nieuwe ict-toepassingen. Touchtables, laptops, pda's, etc. werden ingezet en er werd onderzocht wat de effecten van dit gebruik waren. "Niet eerder zijn zoveel verschillende digitale leermiddelen tegelijkertijd in een praktijksituatie ingezet" beschrijft het rapport. Geweldig! Om jaloers van te worden! De conclusies van de onderzoekers is dat
  • ict gebruikt kan worden voor efficienter, effectiever en aantrekkelijker onderwijs
  • ict mogelijkheden biedt voor maatwerk
  • de leerkracht procesbegeleider wordt
  • leerlingen variatie willen
  • de potentie van ict niet vanzelfsprekend wordt benut
Dit zijn natuurlijk geen nieuwe conclusies, maar in ieder geval een bevestiging uit de praktijk van wat over het algemeen gedacht wordt over het gebruik van ict in het onderwijs.

Maar.. 3 weken.. is dat niet wat weinig om conclusies te trekken? En wat voor activiteiten zijn ondernomen om de school en de leerkrachten voor te bereiden? En komt er een vervolg? De leerlingen in het filmpje geven in ieder geval aan dat ze het erg jammer zouden vinden als ze vanaf nu weer "gewoon" les zouden krijgen. Ik hoop binnenkort meer te horen over dit project, de manier waarop het opgezet is, welke mogelijkheden voor vervolg er zijn en... of de resultaten van dit onderwijsexperiment zo overtuigend waren en de meetinstrumenten zo goed dat je inderdaad na 3 weken al iets kunt zeggen over de effecten!

p.s. overigens blijkt uit de acherliggende website dat er inderdaad heel wat bij komt kijken. In de vorm van bijvoorbeeld HoeDoes en ToeDoes wordt beschreven hoe je verschillende toepassingen kan gebruiken, waarbij in de HoeDoes staat beschreven hoe iets werkt en in de ToeDoes staat wat een leerling ermee moet doen. Nuttige informatie! Maar het is dus niet alleen maar even 3 weken wat leuke ict-tooltjes gebruiken!! Er komt dus wel iets meer bij kijken.. en dan zou het toch extra jammer zijn als je dat maar 3 weken doet..

Zoveel informatie, zo weinig tijd...

De introductie voor nieuwe studenten is druk aan de gang, volgende week beginnen de eerste colleges. Aanstaande maandag mag ik de eerste docent zijn die onze nieuwe eerstejaars studenten Onderwijskunde college zal geven. Mijn vak: Atelier 1, het vak waarin studenten een heel semester lang bezig zijn met het het nadenken over, ontwerpen en realiseren van een "educatieve multimediaomgeving". In de praktijk is dit een website waar webdesign, vormgeving, video en (uiteraard) een bepaalde inhoud bij elkaar komen. De colleges die ik verzorg gaan over ontwerpprincipes die je al dan niet kunt (of wilt) toepassen bij het ontwerpen van een dergelijke omgeving.

De colleges worden ondersteund met verschillende soorten materiaal: wetenschappelijk artikelen, berichten die ik op weblogs of andere sites vind, filmpjes van YouTube, etc. Daarbij probeer ik zo recent mogelijke informatie te vinden. En daar zit 'm nu net het probleem: in de weken dat ik op vakantie ben geweest is er zoveel nieuwe informatie bijgekomen dat ik a) het niet meer kan bijhouden en b) het moeilijk vind om een keuze te maken. Dat ligt aan het soort bronnen dat ik vind, maar ook omdat ik een afweging moet maken of de bronnen geschikt zijn voor de doelgroep, namelijk eerstejaars Onderwijskunde (en niet media-fanaten, informatici, interaction designers, etc.). En nu ik de studenten nog niet gezien heb en dus nog niet precies weet wat de stand van zaken is m.b.t. de "netgeneratie" van dit jaar ben ik voor het eerste college op zoek naar toegankelijk materiaal wat duidelijk maakt dat het gebruik van ict/media geen discussiepunt meer is, maar wel hoe je het vormgeeft zodat je een boodschap met een onderwijsdoel over kunt brengen. Misschien begin ik met het filmpje dat Wilfred Rubens op zijn blog bespreekt. Hoewel het einde van het filmpje ingaat op scholen in New Brunswick is de boodschap daarvoor natuurlijk duidelijk: ict is overal, het kan niet anders dan dat we dat in onderwijs (en opleiding) ook gebruiken, maar dat betekent waarschijnlijk ook dat we anders om moeten gaan met studenten en met onze manier van lesgeven.. Zoals Wilfred ook al aangeeft: geen nieuwe boodschap, maar er wordt nog zo weinig mee gedaan.. En dat is dan een mooie uitdaging om over na te denken voor studenten Onderwijskunde!

vrijdag 16 juli 2010

Vakantie en ict..

Vakantie! Eindelijk is het zover. Vanaf morgen even niet meer denken aan werk, aan computers en aan ict-integratie. Hoewel... Mijn standaarduitrusting voor een vakantie ziet er zo uit:
een camera (een digitale spiegelreflex en een gewone digitale camera), mijn telefoon met alles erop en eraan (internet, gps, allerlei leuke dingetjes en toepassingen en o ja, je kunt er ook gewoon mee bellen) en de losse gps. De camera is natuurlijk van groot belang om alles vast te leggen wat we op vakantie tegenkomen. Een telefoon is altijd handig, maar het gaat hier vooral om de gps.. zowel op de telefoon als het losse apparaat.

We gebruiken ze natuurlijk in de auto als navigatiehulpmiddel. Makkelijk om de vakantiebestemming te bereiken zonder onderweg teveel gedoe te hebben met kaarten, snelwegen die net iets anders lopen dan je denkt, etc. Maar waar we de gps nu al zo'n jaar of 7 echt intensief voor gebruiken is om te geocachen, oftewel schatzoeken met een gps. Over de hele wereld liggen schatten verborgen en via de website van geocaching kun je de coordinaten vinden en met behulp van deze coordinaten proberen om de cache te vinden. Soms lukt dat heel snel, soms moet je een aantal puzzeltjes oplossen voordat je 'm vindt en soms vind je 'm niet (wat natuurlijk erg frustrerend is, zeker als je eerst een uur rond hebt gelopen om alle aanwijzingen te vinden). Als je de schat vindt kan je 'm in het logboekje loggen en als je thuis bent kun je 'm ook weer via dezelfde website van geocaching online loggen.

Het leuke aan dit spel is dat je op plekken komt waar je normaal niet zo snel komt, of waarvan je helemaal niet weet dat het een leuke plek is. Zo hebben wij in de buurt van ons eigen huis al heel wat leuke en voor ons nog onbekende plekken gevonden, terwijl we hier toch al een tijdje wonen. En ook in het buitenland zijn we op prachtige plekken met mooi uitzicht geweest, waaronder Zwitserland, de Verenigde Staten en Nepal.
De kinderen vinden het ook prachtig. Zeker omdat we proberen om schatten te vinden waar ook echt iets in zit, meestal is het dan een doosje met wat kleine dingen zoals buttons, pennen of klein speelgoed. Het is dan wel de bedoeling dat je ruilt: als je er iets uithaalt moet je er ook weer iets anders instoppen! Het zoeken naar de schat en het krijgen van de beloning maakt het voor de kinderen spannend en leuk. Gelukkig maar, want dan kunnen wij hier ook gewoon mee aan de gang blijven gaan!

donderdag 1 juli 2010

De C van TPACK

Net nadat ik mijn bericht over de T in TPACK heb geschreven zag ik het bericht dat Punya Mishra en Matt Koehler een film hebben gemaakt over de C in TPACK! Ik ga het verhaal niet verklappen, kijk er zelf maar naar!

woensdag 30 juni 2010

De T van TPACK

Naar aanleiding van het TPACK symposium op de ORD, waar discussie ontstond over de T van TPACK, heb ik met een aantal mensen nog eens verder gepraat over het wel of niet "wegintegreren" van de T. De T staat voor Technology, een term die wij over het algemeen vertalen als ict, of binnen de opleiding Onderwijskunde in Twente ook wel als media. De T staat in het model van Koehler en Mishra gekoppeld aan de K (TK) om aan te geven dat het over Technological Knowledge gaat, kennis over ict: kennis over de mogelijkheden en de toepassingen, maar het gaat ook de vaardigheden om ict te gebruiken.

De T komt in het model op 3 andere manieren voor: Technological Content Knowlegde (TCK, kennis over de relatie van ict en vakinhoud en hoe je die vakinhoud op verschillende manieren kan presenteren), Technological Pedagical Knowlegde (TPK, kennis over de relatie van ict en didactiek en hoe didactiek kan veranderen als je ict gebruikt) en natuurlijk bij Technolocial Pedagogical Content Knowlegde (TPCK of TPACK), waarvan Koehler en Mishra zeggen “…at the heart of good teaching there are three components: content, pedagogy and technology, plus the relationship among and between them...” (Koehler & Mishra, 2009).

Het woord "Technology" dat Koehler en Mishra gebruiken is een veelomvattend begrip. Technologie kan volgens hen wijzen op apparaten (bijvoorbeeld een schoolbord, een overheadprojector, een laptop, of een grafische rekenmachine) en het kan betrekking hebben op een omgeving waarin technologie wordt gebruikt (bijvoorbeeld een elektronische leeromgeving, internet, een simulatie, of een online cursus). In de opvatting van Koehler en Mishra hoeft technologie niet alleen betrekking te hebben op digitale technologie, maar is het een neutraal begrip en kan het zowel gaan om traditionele media, zoals het schoolbord en de overheadprojector, en op moderne media, zoals de computer en digitale video. In de praktijk van het onderzoek naar TPACK gaat het echter altijd om digitale technologie.

Toch vind ik het belangrijk om dit te noemen. Het gaat om hulpmiddelen die een docent gebruikt om het onderwijs te verzorgen. Zoals we in onze literatuurstudie ook aangeven was in het oorspronkelijke denken over PCK (Shulman, 1986) ook impliciet een rol weggelegd voor technologie: het gebruiken van analogieën, illustraties, voorbeelden, uitleg en demonstraties om ingewikkelde concepten te kunnen uitleggen behoort ook volgens Shulman juist tot de kerncompetenties van docenten. Waarom dan toch de T? Aan de ene kant vanwege de redenen die ik in een eerder bericht noemde (bijhouden van snelle ontwikkelingen op ict-gebied en het feit dat je altijd rekening moet houden met de manier waarop je je onderwijs ondersteunt), maar de reactie van Pløn Verhagen n.a.v. mijn bericht en het gesprek met hem daarover zorgde ervoor dat ik er nog verder over aan het nadenken ben. Pløn geeft aan dat de T staat voor de gereedschapskennis van de onderwijsontwerper en de leraar, voor kennis van en vaardigheden in het omgaan met onderwijsmedia die vaak complex zijn en niemand komt aanwaaien, ook (aanstaande) leraren niet. Toch moeten docenten er iets mee, omdat de dynamiek van het huidige onderwijs volgens Pløn vraagt om "vaardige en lenige aanpassing van de moderne leraar aan voortdurend veranderende omstandigheden, niet in de laatste plaats als gevolg van ontwikkelingen op het gebied van media en communicatie".

De T van TPACK.. een logisch onderdeel van het repertoire van de leraar, net als vakinhoud en didactiek. Maar ook vakinhoud en didactiek integreren we niet weg. De manier waarop we de vakdidactiek kunnen ondersteunen wat mij betreft dus ook niet. Of, zoals Pløn aangeeft: een leraar moet media naar zijn hand kunnen zetten. Het kunnen gebruiken van media op zo'n manier dat het onderwijs optimaal ondersteund wordt is een vak apart en verdient wat mij betreft dus ook aandacht in de lerarenopleiding (maar wel zoveel mogelijk geintegreerd met vakdidactiek!).

vrijdag 25 juni 2010

ORD2010: Taaltreffers, een serious game om woordenschat te verhogen

Vanmorgen mocht ik op de ORD ons onderzoek naar Taaltreffers presenteren. Taaltreffers is een online serious game met bijbehorende lesbrieven en ondersteunend materiaal, bedoeld om de woordenschat van leerlingen in de bovenbouw van het basisonderwijs te verhogen. Het project en het onderzoek rondom Taaltreffers wordt uitgevoerd door FC Twente Stichting Scoren in de Wijk, SOV Concept en Vormgeving, Expertis Onderwijsadviseurs, IJSfontein en wij zijn vanuit de Universiteit Twente betrokken.

De game en de lesbrieven zijn beide ontworpen aan de hand van het viertaktmodel van Verhallen (Verhallen & Verhallen, 1994), waarbij woorden in vier stappen worden aangeboden: voorbewerken, semantiseren, consolideren en controleren. Taaltreffers is tot nu toe twee keer ingezet in de groepen 6, 7 en 8. Uit evaluatieonderzoek blijkt dat zowel de leerkrachten als de leerlingen positief zijn over Taaltreffers. Wel ontbreken de kennis en vaardigheden om Taaltreffers optimaal aan te kunnen bieden soms bij de leerkrachten, met name als het gaat om het (taal-)didactische model dat aan Taaltreffers ten grondslag ligt en het gebruik daarvan in de lespraktijk. Leerlingen kunnen zelfstandig met de educatieve game aan de slag en zijn enthousiast. Uit de resultaten blijkt dat de woordenschat van de leerlingen significant is uitgebreid.

Op dit moment zijn we bezig met de opschaling van Taaltreffers: er komen meer woorden in (en meer thema's die niet direct iets met voetbal te maken hebben) en we gaan van 10 scholen naar 50 scholen in de regio Twente en 50 scholen bij vier andere betaald voetbal organisaties. Ook dan doen we weer onderzoek naar implementatieaspecten en leereffecten, maar ook naar bijvoorbeeld ouderbetrokkenheid.

In tegenstelling tot de andere presentaties in dezelfde sessie waarin ik ons onderzoek presenteerde, is Taaltreffers niet (alleen) ontstaan uit een onderzoeksdoel of een vraag vanuit een school, maar uit de maatschappelijke betrokkenheid van FC Twente bij haar supporterswijken. Vanuit die betrokkenheid is onder andere Taaltreffers ontstaan. Ook op dit vlak zijn ze daardoor wat mij betreft landskampioen! :-)

De presentatie over het onderzoek naar Taaltreffers 1 (2007-2009):

Samenwerking met Gent op het gebied van TPACK

De ORD is een mooie gelegenheid om - naast het volgen van presentaties en discussies - met collega's eens verder te praten over onderzoek en mogelijkheden voor verdere samenwerking te bespreken. Vanmorgen spraken we bijvoorbeeld met onze collega's uit Gent over onze samenwerking op het gebied van ict-integratie in de lerarenopleidingen voor basisonderwijs. Het uitvoeren van de literatuurstudie, waar ik gisteren de resultaten van presenteerde tijdens het TPACK symposium, was een eerste stap in onze samenwerking.

Nu we weten wat er aan wetenschappelijke literatuur beschikbaar is gaan we kijken hoe het staat met de huidige situatie op het gebied van ict-integratie in de lerarenopleiding. Op basis van de case study die Jo Tondeur uitgevoerd heeft in Vlaanderen willen wij een vergelijkbaar onderzoek uitvoeren bij een aantal pabo's in Nederland. Op basis van de uitkomsten van de case studies willen we dan kijken hoe we de ict-integratie (verder) kunnen bevorderen. Dit met het idee dat als pabostudenten tijdens hun  opleiding al voldoende in aanraking komen met ict door goede voorbeelden van hun docenten en door het uitvoeren van specfieke opdrachten op bijvoorbeeld de stageschool, zij ook in hun toekomstige loopbaan meer aan ict zullen gaan doen. Vergelijkbaar onderzoek willen we op de basisscholen zelf gaan uitvoeren.

Het is interessant om een dergelijk onderzoek met meerdere partners te doen. Niet alleen om de resultaten met elkaar te vergelijken, maar ook om samen na te denken over de opzet van het onderzoek en de mogelijke rol van TPACK binnen de lerarenopleidingen.

ORD2010: Ons TPACK symposium, website & Kennisnetboekje

Op 24 juni vond het TPACK symposium plaats dat wij (Joke Voogt en ikzelf) tijdens de ORD organiseerden in samenwerking met onze collega's uit Gent, Jo Tondeur en Johan van Braak. Tijdens het symposium presenteerde ik de resultaten van de TPACK literatuurstudie die wij de afgelopen maanden uitgevoerd hebben. Het literatuuronderzoek gaat in op de wetenschappelijke basis van TPACK, voorbeelden van TPACK in de onderwijspraktijk in het po en vo, manieren om (toekomstige) leraren te ondersteunen bij het verwerven van TPACK en manieren om te meten wat het TPACK-niveau is van deze leraren.

De conclusies uit het onderzoek zijn
  • Het wetenschappelijk onderzoek naar TPACK staat nog in de kinderschoenen;
  • TPACK is een veelbelovend model, aansprekend en uitgaand van de professionaliteit en de praktijkkennis van de leraar;
  • In het TPACK model is nog niet voldoende aandacht voor opvattingen van leraren over leren en lesgeven, terwijl we weten dat dit ook bij de intentie om ict te gaan gebruiken van groot belang is;
  • De uitwerking van voorbeelden van ict-integratie binnen specifieke vakgebieden is nog erg kleinschalig en fragmentarisch. TPACK lijkt vooral geschikt voor het voortgezet onderwijs en vakleerkrachten en iets minder voor leraren uit het basisonderwijs, hoewel zij natuurlijk ook altijd met specifieke vakinhouden bezig zijn (maar wel over alle vakgebieden iets moeten weten);
  • Het ontwikkelen van TPACK door leraren kan het beste gebeuren op een actieve manier, in een langer traject (niet via 1 vak of cursus) en op basis van praktijkproblemen. Een van de meest effectieve manieren om TPACK te ontwikkelen is door te werken in docentontwerpteams, waarin je samenwerkt aan een praktijkprobleem en op die manier tegelijkertijd werkt aan onderwijsvernieuwing en professionalisering;
  • Er zijn verschillende instrumenten ontwikkeld om TPACK te meten, maar dit moet nog verder ontwikkeld worden. De belangrijkste instrumenten zullen ook in het Nederlands vertaald worden.

Dit zijn natuurlijk maar wat highlights uit het hele onderzoek.. Maar: het literatuuronderzoek is natuurlijk beschikbaar voor idereen die daarin geinteresseerd is. En een populaire versie van het onderzoek is uitgekomen in de onderzoeksreeks van Kennisnet! Een heel mooie manier om TPACK verder onder het voetlicht te brengen.

Na onze presentatie was de beurt aan Jo Tondeur die de laatste resultaten van de case study over TPACK in de Vlaamse lerarenopleiding presenteerde. Een interessante vergelijking tussen drie verschillende lerarenopleidingen die op verschillende manieren omgaan met ict-integratie in de opleiding. Ik hoop binnenkort wat meer te kunnen schrijven over de details van het onderzoek en de resultaten daarvan. Voor nu is de informatie ook te vinden op http://www.tpacknl.nl/. Na afloop van beide presentaties was het de beurt aan Jan van Driel om als discussiant en expert op het gebied van PCK iets te zeggen over de toegevoegde waarde van de "T" aan PCK. De discussie in de zaal spitste zich vooral toe op de vraag of het inderdaad nodig is om toch weer expliciet aandacht te vragen voor de "T", of dat die "T" niet zo snel mogelijk "weg-geintegreerd" moet worden.

Ik weet zelf niet zeker of we de T wel willen weg-integreren. In de eerste plaats is de T nog steeds zo'n nieuw en vreemd ding voor veel leraren, dat ik bang ben dat met het weglaten van de T de hele ict-implementatie weer stagneert. En ict ontwikkelt zich nog steeds zo snel, dat er aandacht moet blijven voor nieuwe toepassingen en de manier waarop je die toepassingen kan gebruiken in je onderwijs. Ten tweede denk ik zelf dat de boodschap van het TPACK model echt de integratie is van inhoud, didactiek en ict en dat als je gaat nadenken over je onderwijs, je ook direct moet nadenken over de T-kant. En ja, dat moet een geintegreerd onderdeel zijn (worden) van het standaard repertoire van een leraar, maar dat betekent dus ook dat je altijd rekening moet houden met de T-kant. En dat je elke keer kritisch moet kijken wat voor soort ict je gaat gebruiken in je onderwijs (of wanneer je dat niet doet!).

Onze presentatie over de literatuurstudie:

woensdag 23 juni 2010

ORD2010: Vrouwen uit het basisonderwijs zijn positief over ict in het onderwijs!

Marjan Vermeulen van het Ruud de Moor Centrum gaf vanmiddag een presentatie over leraarkenmerken en het gebruik van digitale leermaterialen in het onderwijs. Zij bouwt daarbij voort op het onderzoek van Karel Kreijns waar ik eerder over schreef. Het onderzoek van Marjan gaat in op verschillende achtergrondvariabelen (zoals leeftijd, angst, computerervaring, deelname aan professionale leeractiviteiten) van leraren en brengt dat in verband met verschillende stellingen over houding ten aanzien van ict-gebruik. Uit het onderzoek blijkt dat het geslacht, schooltype (po, vmbo, vo), angst, persoonlijk ondernemerschap en deelname aan professionale leeractiviteiten van invloed is op het gebruik van digitale leermaterialen. Interessant is dat uit de resultaten blijkt dat vrouwen uit het primair onderwijs de meest positieve houding hebben! Verder zijn (uiteraard) mensen zonder angst en met persoonlijk ondernemerschap en deelname aan professionale leeractiviteiten ook positiever over het gebruik van ict.

Tijdens de discussie worden wel vragen gesteld over de stellingen die gebruikt zijn om de houding van leraren te meten. Waarom deze stellingen en geen anderen? Daarnaast worden er vragen gesteld over wie de vragenlijst ingevuld hebben: vullen positief gestemde vrouwen niet sneller een dergelijke vragenlijst in? Dit zijn discussies die vaker gevoerd worden, maar de onderzoekers geven aan dat ze op basis van het aantal respondenten (ruim 1200) en de verdeling van respondenten (man/vrouw en schooltype) zodanig is dat deze conclusies wel gerechtvaardigd zijn. Uit de presentatie blijkt overigens uiteindelijk niet duidelijk of het echt gaat om vrouwen uit het basisonderwijs, of dat vrouwen over het algemeen een positievere houding hebben en dat leraren uit het po positiever zijn dan leraren uit het vo...

ORD2010: Waarom gebruiken leraren Wikiwijs niet?

Vanmiddag was ik bij een presentatie van Karel Kreijns van het Ruud de Moor Centrum die zich afvroeg waarom leraren ict niet of matig inzetten in hun onderwijs. Daarbij ging hij vooral in op de houding van leraren met betrekking tot het gebruik van (open) digitale leermaterialen in het onderwijs en nog specifieker: het gebruik van materiaal uit Wikiwijs.
Op basis van de Theory of Planned Behavior (Fishbein & Ajzen, 1975) hebben Karel en collega's een geintegreerd model voor gedragsvoorspelling ontwikkeld. Binnen dit model wordt een belangrijke relatie aangebracht tussen de intentie om bepaald gedrag te vertonen en het daadwerkelijk vertoonde gedrag. Deze relatie kan beinvloed worden door deskundigheid van een persoon en door omgevingsfactoren (iemand kan wel deskundig genoeg zijn om een digibord te gebruiken, maar als dat bord aan de andere kant van het gebouw hangt is het maar de vraag of je het bord echt gaat gebruiken). De intentie van iemand kan verder bepaald worden door houding, ervaren sociale invloed en eigen effectiviteit.
Het onderzoek van Karel gaat in op in hoeverre houding, ervaren sociale invloed en eigen effectiviteit de intentie om digitaal leermateriaal te gaan gebruiken beinvloeden. Om dit te achterhalen is vragenlijstonderzoek gedaan. Op basis ruim 1200 ingevulde vragenlijsten blijkt dat met name de eigen effectiveit van groot belang is en hoewel in mindere mate ook de houding van leraren. De gepercipieerde kennis en vaardigheden over het gebruik van een ict-toepassing is weer van invloed op de eigen effectiviteit.

Interessant!! In het onderzoek dat ik samen met Chantal Velthuis (Hogeschool Edith Stein) en Bart Ormel (Universiteit Twente) uitgevoerd heb naar redenen waarom leraren weinig aandacht besteden aan het domein techniek in het basisonderwijs komen wij tot vergelijkbare resultaten! Wat Karel eigen effectiviteit noemt wordt in de literatuur "self-efficacy" genoemd en vertalen wij als "gevoel van bekwaamheid", of volgens de definitie van Bandura (1977) als "het vertrouwen dat een individu in zichzelf heeft om bepaalde taken tot een goed einde te brengen ". Dit gevoel van bekwaamheid in combinatie met de zelfingeschatte kennis op het gebied van natuur- en scheikunde, aarde- en ruimtesystemen, technieksystemen en mathematische systemen lijken belangrijke voorspellers te zijn voor het wel of niet verzorgen van techniek in het basisonderwijs. Morgen presenteren wij dit onderzoek op de ORD...